Als je de ochtendkrant leest, is de kans niet zo groot dat je spontaan in de lach schiet. Zelfs de grapjes op de pagina met de strips zijn meestal te flauw voor een glimlach. Maar afgelopen zaterdag ontlokte een artikel over de nummer één kandidaat voor het premierschap mij toch een schaterlach. Ronald Plasterk deelde stickers uit aan zijn ambtenaren, toen hij minister van Binnenlandse Zaken was. Als hij vond dat er een goed stuk aangeleverd werd, plakte hij er een plaatje op. En dat was geen plaatje van een mooi gebouw uit Den Haag of van een willekeurige stad in Nederland, nee, op de sticker stond een afbeelding van hemzelf. De minister met hoed, de minister zonder hoed, de minister op safari, nooit hetzelfde plaatje. Ik zag het voor mij; De ambtenaar die achter zijn of haar bureau, zwetend van de zenuwen, zit te wachten op de goedkeuring van de minister. Zit er een plaatje op mijn werk of niet? Ronald Plasterk is onmiskenbaar een intelligente man, die al op jonge leeftijd schriftjes vol met plaatjes had. De juffen en meesters wisten het; Als je dat jochie van Plasterk in de klas had, kon je maar beter zorgen dat je voldoende stickers in je bureaulade had liggen. Al die schriftjes, vol met plaatjes deden iets met de kleine Ronald. Hij studeerde cum laude af aan de universiteit van Leiden en ontwikkelde zich als een briljante wetenschapper en… als ijdeltuit. Geniale mensen vertonen vaak bijzonder sociaal gedrag met rare trekjes, zoals plaatjes plakken voor volwassenen. Als er op die plaatjes dan ook nog een portretje van jezelf staat, dan zou dat humor kunnen zijn, maar waarschijnlijk is het gewoon de ijdelheid voorbij.
Qua intelligentie kan ik mij zeker niet meten met onze minister president in spe, maar wat betreft humor kom ik toch aardig in zijn buurt, al zeg ik het zelf. En natuurlijk is het elke week publiceren van een stukje om duimpjes, hartjes of schaterlachjes te verzamelen ook een vorm van ijdeltuiterij. Zou het aan de naam liggen?