Praatjes

Elke week een praatje van Roon.

Zon, muziek en bier

Bennie Jolink ken ik als de onaangepaste, bier zuipende, grof gebekte leadzanger van de Achterhoekse  rockband Normaal. In mijn jonge jaren zongen mijn vrienden en ik regelmatig met hem mee. Vrouw Haverkamp was onze favoriet. Vooral vanwege het refrein: “Vrouw Hoaverkamp, vrouw Hoaverkamp, wa’ heij’ie grote tiet’n”. We kwamen helemaal niet van het platteland, maar dat hinderde niet. Bier zuipen konden we goed en dan lukt het meeblèren op de boerenrock van Normaal ook wel. Met de klassieker Oerend hard mocht deze band afgelopen zaterdag in Doetinchem het bal openen.  De koning vond het prachtig en klom het podium op om Bennie te bedanken. De koning en Bennie samen op het podium, een bijzondere combinatie. Die avond zag ik in de nazit bij Dione de Graaff dat dat reuze meeviel. Bennie zat aan tafel met een mooi glas witte wijn en blijkt een groot voorstander van de monarchie. Hij lichtte zijn voorkeur toe met een  verrassend inzicht. In Europa zijn nog een paar landen met een koningshuis. Hij somde ze op van Noord naar Zuid: “Zweden, Noorwegen, Denemarken, het Verenigd Koninkrijk, Nederland, België en Spanje. En laten dat nou net hele stabiele landen zijn (Spanje in iets mindere mate) met een hoog opleidings- en economisch niveau.” Verdomd, dacht ik, hij heeft gelijk. Dat kan toch geen toeval zijn. De belangrijkste democratie van de wereld, de Verenigde Staten van Amerika, schudt op dit moment op haar grondvesten en over de enige democratie in het Midden Oosten, Israël, valt ook wel het een en ander te zeggen. Ze missen een koning of koningin. Door Bennie had ik het ineens door.

Een dag na dit verhelderende inzicht begrijp ik dat de gezelligheid van Koningsdag, met zon, muziek en bier mij niet alleen helpt bij het meezingen van boerenrock muziek, maar ook bij het oplossen van de problemen in de wereld.

In het buurland van Israël, Jordanië, hebben ze ook een koning, net als in Marokko en Thailand, om maar eens een paar landen te noemen. Maar om nou te zeggen dat het er in deze landen erg democratisch aan toe  gaat… Wat zou Bennie daarvan vinden?

Zon, muziek en bier Meer lezen »

Ons koningshuis

“Pap, mam, we zijn weer gestegen! Ze hebben het onderzocht en ze vinden ons allemaal een stuk leuker dan vorig jaar.” Amalia heeft de uitkomst van het EenVandaag Opiniepanel als eerste gelezen op de socials. “Ik sta bovenaan, dan komt mama, maar jij staat ook nog ruim boven de vijftig procent hoor pap.” “Daar moeten we op drinken”, zal onze koning geroepen hebben, waarna hij met zijn sabel een mooie fles champagne onthoofde.

Het zag er een paar jaar niet best uit, maar het tij lijkt te keren. Met dank aan de dames. Maxima heeft het altijd wel aardig gedaan in de peilingen, maar Amalia heeft nu ook de gunfactor van het volk. Ze vliegt tot nu toe niet uit de bocht, zoals haar vader in zijn studententijd, en ze probeert nog beetje aan de lijn te doen. Het plaatje is ook belangrijk. Het is natuurlijk een raar fenomeen, zo’n koningshuis, maar ach… het levert elk jaar een vrije dag op, behalve dan als onze koning in het weekend jarig is, zoals dit jaar. Dat is jammer, maar helaas. Die hele familie kost ons ook een smak geld, maar wat is het alternatief? Een president? Als je een beetje mazzel hebt werkt dat, maar het kan zomaar verkeerd uitpakken. In Rusland zit er ééntje die zich gedraagt als een tsaar, zeg maar een koning in het kwadraat. En wat dacht je van meneer Erdogan in Turkije. Die heeft een paleis laten bouwen dat meer dan 50 keer zo groot is als het Witte Huis van de president van Amerika. Drie keer raden waar dat van betaald is. En als die lui eenmaal aan de knoppen zitten, willen ze ook niet meer weg. Ook Trump vindt het wel een aantrekkelijke gedachte om het volk nog wat langer dan twee termijnen te dienen. En wat dacht je van die verkiezingen iedere keer. Of moeten we het kiezen van een president overlaten aan de leden van de Eerste en Tweede Kamer, zoals ze dat in Duitsland doen? In de huidige bezetting vind ik dat nou ook niet zo’n prettig idee.


Lang Leve de Koning!

Ons koningshuis Meer lezen »

Oud

De techniek schrijdt voort en mijn leeftijd ook. De afgelopen week mocht ik er weer een jaartje bijschrijven. Als je al meer dan zes decennia meeloopt, dan moet je gaan oppassen voor het Ouwe-Lul-syndroom, ook wel bekend als de Opa vertelt kwaal. De jongelui van tegenwoordig kunnen het zich misschien niet voorstellen, maar ik ben nog uit de tijd dat er geen computer bestond. Het rekenmachientje was net uitgevonden toen ik naar de middelbare school ging. Er werd schande van gesproken. De jeugd kan straks niet meer hoofdreken door het gebruik van dat ding. In die tijd kon je alleen bellen als je thuis was. De telefoon zat namelijk met een snoer vast aan de muur. Buitenshuis belde je vanuit een telefooncel, waar je kwartjes in moest gooien. Een kwartje is een muntje van vijfentwintig cent. Ik heb nog meegemaakt dat de eerste mens voet op de maan zette. De beelden op televisie waren in zwart wit. Als we naar muziek wilden luisteren, draaiden we plaatjes op een pick-up. Over muziek gesproken, ik houd ervan. Vooral als het gemaakt is in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw. Toen ik begon te werken speelde ik cassettebandjes af in de auto en op mijn walkman. Even later nam ik een discman mee op reis en nog weer later kon ik wel twintig CD-tjes op een i-pod zetten. Tegenwoordig komt alle muziek uit mijn telefoon. Tot nu toe was ik gewend om het snoertje van mijn oordopjes in de telefoon te steken, waarna het genieten kon beginnen. Maar nu heb ik voor mijn verjaardag van die hypermoderne oordopjes gekregen zonder snoertje. Dat is andere koek. Daar kan je tegen praten, vertelde de dopjes toen ik ze probeerde te verbinden met mijn telefoon. Ik schrok ervan. Hands-free voice control heet dat. Het is van Google. Via de dopjes vertel je wat je telefoon moet gaan doen. Google geeft mij bovendien gevraagd en ongevraagd allerlei tips. Maar ik wil geen tips van Google en ik wil praten met mensen, niet met oordopjes. Het is duidelijk, het syndroom heeft mij genadeloos te pakken.

Oud Meer lezen »

Petjesdag

Als na een lange winter de zon begint te schijnen en weer beetje op temperatuur komt, dan ziet alles er mooier uit. De terrasstoelen gaan naar buiten, de krokussen steken hun kopjes boven het gras en de koeien mogen de wei weer in. De vogels tjilpen er vrolijk op los, de sloten vullen zich langzaam met van die schattige donzen jonge eendjes en de dames trekken hun zomergarderobe weer uit de kast. Rokjesdag! Genieten geblazen. Maar het is niet alleen maar vrolijkheid. Er moet gekozen worden. Welk bloesje past bij het rokje? Of zal ik dat leuke jurkje aantrekken? Oei, dat zit wel een beetje strak. Hoe kan dat nou, vorig jaar stond het mij nog zo leuk. En dan moeten daar natuurlijk ook nog een beetje aardige schoenen bij. Sneakers zijn o.k. Maar welke dan? Die witte of die met die kleurtjes? Het valt allemaal niet mee voor de vrouw. Maar voor sommige mannen is er ook een moment in het voorjaar dat de keuzestress toe zal slaan. Dat is Petjesdag, de dag dat de kale man zich realiseert dat de zon iets te hard begint te branden op zijn kale knar. De pet moet weer op. Maar welke? Wordt het die baseball cap of dat leuke hoedje van de vakantie. Nee, die is meer voor aan het strand. Moet het dan die blauwe of die groene worden of toch dat Franse model? Als je al jaren met een kale kop door het leven gaat, dan ontstaat er vanzelf een enorme verzameling aan petten en ik kan u verzekeren dat dat het leven er niet eenvoudiger op maakt. Op Petjesdag breekt het zweet mij elk jaar weer uit. Niet van de warmte maar door de stress. Keuzestress. Voor de spiegel is het petje op, petje af. Dat grijze petje past bij elke kleur shirt, maar die groene zit lekkerder. Je kunt de boel natuurlijk ook gewoon vet houden. Zonnebrand op de bol. Probleem opgelost. Ja, ja…  U heeft makkelijk praten, met zo’n mooie bos haar op uw hoofd.

Petjesdag Meer lezen »

Inbrekers

De wereld bestaat niet alleen uit brave burgers. Sla de krant open, scrol op je telefoon of zet de televisie aan en je maakt kennis met grote en kleine rotzakken M/V. Meestal M.

Zondagochtend half tien. De deurbel. Als ik opendoe staat er een politieagent voor mijn neus. “Niet schrikken” zegt hij. “Er is vannacht ingebroken hier in de straat. Heeft u misschien een deurbelcamera of heeft u iets gezien of gehoord?” Helaas voor de agent heb ik lekker geslapen en gebruiken wij het raampje om te zien wie er voor de deur staat. De rotzakken van dienst blijken een paar huizen verder bij het oudste echtpaar in de straat binnen te zijn geweest. Jaren geleden zat ik eens met een winkeldief op de politie te wachten. De dief vertelde dat hij niet zo goed begreep waar ik mij druk over maakte. Hij had toch geen oud vrouwtje beroofd, dat zou pas erg zijn. Het moreel besef is er bij de boeven in de afgelopen jaren duidelijk niet op vooruit gegaan. In datzelfde jaar hing er op een mooie zondagmorgen een stuk ijzerdraad met een lus door onze brievenbus. De inbreker had hiermee een poging gedaan om de deur open te doen, maar had geen rekening gehouden met het nachtslot. Kansloos moet hij gedacht hebben. Het was daarna jaren rustig in ons straatje, maar de inbrekers zijn terug. Een paar weken geleden liep het nog goed af. Toen kroop er een man ’s avonds over de daken. De sukkel sprong of viel, dat is niet duidelijk, naar beneden en werd daar door buurmannen overmeestert. Hij is per ambulance afgevoerd. Deze keer was het dus wel raak.

Er hangt een vreemd soort romantiek rondom het inbrekersgilde. Er worden boeken over geschreven. Als je via een tunnel een bankgebouw binnendringt, maak je kans op een film. Misschien dat die jongens van het Drents museum en die oude Roemeense helm daar ook nog eens voor in aanmerking komen. Loosers die inbreken bij een bejaard echtpaar zullen het moeten doen met een vermelding in een Praatje van Roon.

Inbrekers Meer lezen »

Camerageil

Altijd als ik een camera zie, denk ik dat ze voor mij komen. Het is een afwijking waar nog geen therapie voor gevonden is. Afgelopen woensdag was het weer zover. Omdat er de avond ervoor een felle uitslaande brand was, liepen er verschillende cameraploegen rond in het oude centrum van Delft. De mevrouw met de SBS6 microfoon in haar hand leunt wat tegen de pui van de Gall & Gall. Haar cameraman is bezig zijn spullen in de bolderkar te laden. Ik kijk de journaliste vragend aan. Ze lacht vriendelijk, maar laat haar microfoon onberoerd. Ik ben duidelijk te laat. Ze heeft genoeg materiaal voor haar item in Hart van Nederland. “Doe effe normaal man”, spreek ik mijzelf streng toe. “Eén van de winkels waar jij verantwoordelijk voor bent kan voorlopig niet meer open, omdat er schuin boven een woning in brand heeft gestaan en jij vindt het jammer dat SBS6 al klaar is?” Met een paar collega’s kijken we van achter het hek naar onze winkel. Er is een ruit ingeslagen door de brandweer en er druipt nog steeds water langs de ramen naar beneden. De brandweer heeft geen half werk geleverd. Het is een triest gezicht. En dan gaat het toch weer mis. Ik zie een plopkap van TV West. Er is oogcontact. “Dat is onze winkel”, zeg ik tegen de charmante dame met de microfoon. Ze komt meteen in actie en duwt de microfoon onder mijn neus. De cameraman weet wat hem te doen staat. Ik moet er even inkomen, maar uiteindelijk pers ik er toch een verdomd goed verhaal uit. Iets met empathie voor al die mensen uit de getroffen appartementen en de omzet die wij gaan missen, zo aan het begin van het toeristenseizoen. Ik weet er zelfs nog even de naam van ons bedrijf doorheen te fietsen. En dan begint het wachten. In de loop van de middag komt het verlossende appje. “Je bent op televisie.” De redactie van het NOS journaal, afdeling regionieuws, heeft het opgepikt. Ze hebben wel wat geknipt. 15 Seconden vonden ze meer dan genoeg. Ik kan nog steeds ongestoord over straat.

Camerageil Meer lezen »

Vrouwendag

Op 8 maart 1974 overleed Wim Sonneveld. Ik denk nog wel eens aan hem als ik de vaatwasser sta uit te ruimen. “Het is geen kwaaie jongen hoor. Een beetje een sufferd. Hij helpt bij het afwassen!” Een dikke vijftig jaar nadat Sonneveld ermee stopte zijn we behoorlijk opgeschoten. Het afwassen is bij ons in huis geautomatiseerd, het is nog slechts een kwestie van in- en uitruimen. Taken die ik, als liefhebbende echtgenoot, zonder morren op mij genomen heb. Daarnaast zorg ik ervoor dat onze badkamer regelmatig een poetsbeurt krijgt en rij ik wekelijks met mijn autootje naar de supermarkt voor de boodschappen. Ja, lieve lezer, de emancipatie is niet aan mij voorbijgegaan.

Op 8 maart 2025 was het Internationale Vrouwendag, de dag waarop wereldwijd de kracht van vrouwen wordt gevierd en aandacht wordt gevraagd voor gendergelijkheid en vrouwenrechten. In de tijd van Wim Sonneveld gingen de Dolle Mina’s de straat op om te demonstreren. Afgelopen zaterdag liep de Dam in Amsterdam weer vol met strijdbare vrouwen. Mooi vind ik dat. De weergoden waren de dames goed gezind. Het zonnetje scheen uitbundig waardoor de winterjassen uit konden en vooral de boze vrouwen nog mooier tot hun recht kwamen. Sorry, sorry, sorry. Ik weet het. Flauwe seksistische mannengrapjes kunnen niet. En zeker niet op Internationale Vrouwendag. Ik zag trouwens ook een paar mannen meelopen in de demonstratie. Ik vraag mij dan af waarom zo’n man dat doet. Kan hij niet beter zijn handen uit de mouwen steken en zorgen dat er thuis gestofzuigd wordt en de lakens de wasmachine ingaan. Hij zou ervoor kunnen zorgen dat er wat lekkers op tafel staat, als de vrouw thuiskomt, moe en schor van de roep om gelijke rechten.

De werkelijkheid is waarschijnlijk dat die mannen helemaal geen vrouw hebben of lid zijn van een lhbtiq+ vereniging en zich als zodanig solidair verklaren met de positie van de vrouw in onze samenleving. Voordat u mij boos terecht gaat wijzen zal ik het zelf maar zeggen: Het zou namelijk ook kunnen dat mijn blik op dit soort zaken wordt vertroebeld, omdat ik compleet ben vastgeroest in mijn oude-witte-hetro-mannen-harnas.

Vrouwendag Meer lezen »

Bekeringsdrift

Voor de Christenen begint deze week de vastentijd. De Katholieke tak viert eerst nog even Carnaval. De Moslims stoppen met eten en drinken zodra het zonnetje begint te schijnen. Ik houd niet van verkleedpartijtjes en de lunch overslaan zie ik al helemaal niet zitten. Maar het lijkt erop dat mijn gedrag niet geaccepteerd wordt door de leiders van de verschillende religieuze stromingen.

Zo had ik onlangs in Amsterdam een gezellig gesprekje met een vriendelijke Amerikaanse dame. Ze overhandigde mij een visitekaartje van de vereniging waar zij lid van was en adviseerde eens naar een filmpje te kijken. Iets met gospel. Nieuwsgierig als ik ben, scan ik in de trein naar huis de QR-code die op het kaartje staat. Via YouTube start “the Gospel film”. De oortjes gaan in en ik ga er eens lekker voor zitten. Een beetje vrolijke muziek lijkt mij heerlijk na een dag hard werken. In plaats van swingende zangeressen krijg ik een Amerikaanse dominee van de Baptisten kerk die mij de vraag stelt: “Waar zal u zijn, nadat u uw laatste adem hebt uitgeblazen?” Een kwartier lang word ik met tientallen Bijbelteksten om de oren geslagen in een poging mij te behoeden voor de hel, want het is de Hemel of de Hel. De keuze is aan mij. Een paar dagen later stap ik weer in de trein naar Schiedam. Ik ben op tijd en kan een fijne stoel uitzoeken. Als ik het plankje voor mij naar beneden klap, ligt er een briefje. “Islam is het beste voor de wereld! Islam heeft altijd gelijk!”, staat er in vet gedrukte letters boven. Ik lees verder. “Islam geeft moslim mannen de terechte rechtvaardiging om hun huwelijk in stand te houden door hun vrouw te slaan” en “Als je je vrouw verdenkt van overspel dan heb je gelukkig geen getuigen nodig maar is zweren op allah genoeg.” En er staan nog veel gekkere ding op het briefje.

Pasen en Pinksteren vallen nooit op één dag, maar als de vastentijd en de Ramadan in dezelfde maand vallen, dan hangt er bekeringsdrift in de lucht. Ik snap ineens waar die jeuk vandaan komt.

Bekeringsdrift Meer lezen »

IJspret

Ik was dertien en weet nog precies hoe het voelde. Het had een paar nachten achter elkaar flink gevroren. De Vlaardingse Vaart lag dicht. Het was al weer enige jaren geleden, maar nu konden de schaatsten dan toch echt uit het vet. Die van mij waren nog splinternieuw. Hockeyschaatsen met een mooie leren schoen. Ik had ze drie jaar eerder van Sinterklaas gekregen. In die tijd had nog niemand het over klimaatverandering, maar na die mooie sinterklaasavond volgden toen ook al een paar ijsvrije winters, met alle nare gevolgen van dien. Toen het eindelijk zover was, waren mijn schaatsen te klein. Gelukkig mocht ik de oude noren van mijn grote broer lenen. Met de schaatsen in de zwemtas fietste ik naar de Vaart. Al die leuke meisjes reden al vrolijk rond op hun kunstschaatsen. Vorig jaar zat ik nog bij ze in de klas, de zesde van de lagere school. Zij waren naar “het Groen” gegaan, net als mijn tweelingbroer, de geluksvogel. Voor mij was een praktische opleiding een betere optie, vond de bovenmeester. Mijn ouders hadden een kruidenierswinkel en dus werd het de detailhandelsschool, zonder die leuke meisjes uit de zesde.

Ik zette mijn fiets tegen een boom en probeerde met mijn koude vingers de veters van de oude noren te strikken. Dat viel nog niet mee. De leuke meisjes zwierden over het ijs en zagen mij niet zitten. Vast besloten om een onuitwisbare indruk op ze te gaan maken stapte ik de Vaart op. Twee tellen later lag ik al met mijn snufferd op het ijs. Het schaatsen zat mij duidelijk niet in het bloed. De combinatie van slecht ijs, botte noren en een familie zonder schaatstraditie hielpen niet mee. Een kwartiertje heb ik het nog geprobeerd, maar het bleek onbegonnen werk. De leuke meisjes hadden pret voor tien. Zouden ze mijn gestuntel gezien hebben? Bibberend heb ik die klote noren weer uitgetrokken en besloten om nooit meer één stap op het ijs te zetten. Nog elk jaar voel ik ongemak zodra het kwik onder nul begint te zakken. De opluchting was dan ook groot toen Peter Kuipers Munneke afgelopen week de zestien graden aankondigde.  

IJspret Meer lezen »

Grote bek

Allemachtig! In wat voor wereld zijn we terechtgekomen? De Westerse beschaving staat te trillen op haar grondvesten. Mannen, en hier en daar ook een vrouw, met de grootste bek worden door meerderheden geadoreerd en op het schild gehesen. Eenmaal op dat schild blijkt er maar één belang dat telt: het eigen belang. “Kijk mij eens met mijn daadkracht”, is hun motto. En ondertussen tellen rechten van minderheden of andersdenkenden niet meer mee. Hele landen en volken lijken uitgeruild te gaan worden. Vanuit het Verre en Midden Oosten waren we wel gewend aan de dictatuur van de grote bek, maar nu heeft deze strategie ook bij ons voet aan de grond gekregen. De zelfverklaarde winnaars van de wereldorde schromen zelfs niet om hun machtswellust nog wat extra legitimiteit te geven door hun volk voor te houden dat ze door Allah dan wel God gezonden zijn. 

Ik weet niet hoe het u vergaat, maar ik ben inmiddels behoorlijk in de war. Mensen die om de wereld geven en als eersten voor veel geld een elektrische auto kochten, plakken nu een sticker op de bumper van hun auto. Ze verontschuldigen zich voor het gedrag Elon Musk, de baas van Tesla. Die halve gare Musk is ook de baas van X, maar ik zie weinig gebruikers van dat platform zich verontschuldigen. Misschien komt het omdat ik mijn lidmaatschap van die club al een tijdje geleden heb opgezegd en ik X alleen nog van de zijlijn kan volgen. Maar ik ben nog wel lid van dat andere Amerikaanse platform, Facebook. De baas daarvan heeft zich ook aangesloten bij de grote-bekken-vereniging waarvan Donald Trump het voorzitterschap inmiddels heeft opgeëist. Moet ik mijn excuses hiervoor aanbieden? Of moet ik het platform verlaten, zoals een aantal principiële durfallen inmiddels wel gewoon doen. Wie het weet mag het zeggen. Ik heb de neiging om maar even stil te blijven zitten, even schuilen totdat de storm is uitgeraasd. En dan maar hopen dat er nog iets overeind staat.

Grote bek Meer lezen »